Het Vrouwenverdrag in Nederland anno 1997 |
1.2 Taakopdracht De rapportagecommissie kreeg als opdracht een rapport te schrijven waarin "een beeld geschetst zou worden van de huidige stand van zaken met betrekking tot de implementatie van het Verdrag in Nederland." Tevens kreeg zij het verzoek de regie op zich te nemen van de ambtelijke rapportage als bedoeld onder (a) hierboven, en van het rapport over de opvattingen van de NGO's (b). Het juridisch onderzoek naar de betekenis van het Verdrag voor de Nederlandse rechtsorde (c) was al eerder uitbesteed en werd in augustus 1996 afgerond. [6] Het onderzoek genoemd onder (d) betrof de betekenis van het Verdrag op het terrein van de gezondheidszorg; het verscheen in juni 1996. [7] Beide onderzoeksrapporten zijn inmiddels aan de Tweede Kamer aangeboden. [8] De analyse van het emancipatiebeleid op sociaal-economisch terrein (e) is buiten de taakopdracht van de rapportagecommissie komen te vallen, omdat de resultaten van het desbetreffende onderzoek - verricht ter voorbereiding van de CEDAW-rapportage over het Verdrag - pas begin 1997 zullen verschijnen. |