Met het oog op 1995

Beleidsprogramma Emancipatie



6. ALGEMENE ZAKEN

6.1. DOELSTELLINGEN/KERNTAKEN DEPARTEMENT

Het ministerie van Algemene Zaken (AZ) draagt zorg voor het algemene regeringsbeleid voorzover dit niet specifiek door een ander ministerie wordt behartigd. Het ministerie kent derhalve geen specifieke eigen doelstellingen of taken.

Onder AZ ressorteert de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD). Deze heeft tot taak voorlichting te geven over het Koninklijk Huis en het algemeen regeringsbeleid.

De RVD adviseert ook over de inzet van publiciteitsmedia en het (doen) vervaardigen van door rijksorganen te gebruiken communicatiemateriaal.

De Voorlichtingsraad (VoRa) coördineert de voorlichting en het gebruik van publiciteitsmedia door de verschillende ministeries en rijksdiensten.

6.2. VERTALING NAAR EMANCIPATIEDOELSTELLINGEN

Bij de coördinatie van het algemeen regeringsbeleid, de voortgangswaarneming van dat beleid en de advisering in Ministerraadsaangelegenheden zijn als onderdeel van beleid van andere departementen emancipatiedoelstellingen aan de orde.

Voor de coördinatie van emancipatie-aspecten in de besluitvorming door onderraden en Ministerraad is in eerste instantie de coördinerend bewindspersoon voor emancipatiebeleid verantwoordelijk.

Door AZ wordt aan het meer systematisch meewegen van emancipatiedoelstellingen bijgedragen door het (plv.) ICE-lid en via een periodiek overleg tussen de (AZ-)secretarissen van (voorportalen van) onderraden en DCE (zie 4.2.2).

Via de RVD en de Voorlichtingsraad wordt integratie van emancipatiedoelstellingen in de overheidsvoorlichting gestimuleerd.

AZ bevordert tevens bij benoemingen binnen de eigen invloedssfeer een meer evenredige man/vrouwverhouding in externe adviesorganen en interdepartementale commissies, dit conform de Aanwijzingen van maart 1987 en de uitgangspunten van het kabinetsstandpunt "Vrouwen in politiek en openbaar bestuur".

6.3. FEITELIJKE ANALYSE EN KNELPUNTEN

De vele voorlichtingsuitingen van de Rijksoverheid hebben een groot bereik en vormen bij uitstek een instrument om beeldvorming meer in overeenstemming te brengen met de inmiddels zeer gevarieerde werkelijkheid. Waar echter de verantwoordelijkheid voor de voorlichtingsuitingen bij de afzonderlijke departementen ligt, kan alleen via de Voorlichtingsraad een bijdrage aan uitwisseling van informatie en onderlinge afstemming worden geleverd.

6.4. SPEERPUNT

Integratie emancipatiedoelstellingen in de overheidsvoorlichting

AZ kan op bescheiden wijze - namelijk via de Voorlichtingsraad - bijdragen aan de integratie van emancipatiedoelstellingen in de overheidsvoorlichting.

Om stereotype beeldvorming in deze voorlichting te voorkomen, is in de jaarlijkse introductiecursus van de Voorlichtingsraad voor nieuwe voorlichters aandacht voor uit emancipatie-oogpunt ongewenste uitingen opgenomen.

Voor de Postbus 51 TV-spots is als gedragslijn bepaald dat geen discriminerende of vrouwonvriendelijke situaties worden uitgebeeld.

Daarnaast bestaat er een beperkte mogelijkheid tot medefinanciering van voorlichting over emancipatiebeleid uit het budget van de Voorlichtingsraad.

6.5. INTERN EMANCIPATIEBELEID

In mei 1991 is voor AZ een beleidsplan positieve actie vastgesteld. Het accent ligt op het vergroten van het aantal vrouwen in hogere functies. Bijzondere aandacht krijgt de instroom van nieuw vrouwelijk personeel en doorstroming naar hogere functies met behulp van gerichte managementopleidingen.

Uitgangspunt is de kabinetsnota "Vervolgbeleid Positieve Actie voor vrouwen bij de Rijksoverheid 1991-1995". Bij AZ bedroeg het aantal vrouwen eind 1990 39,8%. Eind 1991 was dat percentage gestegen tot 40,4%. Overeenkomstig de genoemde nota wordt een toename van 1% per jaar beoogd. Het aandeel van vrouwen in de salarisschalen 10 en hoger steeg van 15,5% eind 1990 tot 19,8% eind 1991.

Vanwege het belang van kinderopvang is hiervoor een budget gereserveerd voor in beginsel 10 kinderopvangplaatsen.

6.6. ORGANISATIE VAN HET EMANCIPATIEBELEID

Gelet op het bijzondere karakter van dit departement ontbreekt een intracommissie. Als coördinerend aanspreekpunt fungeren het ICE-lid en het plaatsvervangend ICE-lid. De Centrale Afdeling Personeel en Organisatie ziet toe op het interne emancipatiebeleid en rapporteert aan de Dienstcommissie en de Bijzondere Commissie van het departement.