Vierde Wereldvrouwenconferentie


242. Door niet-gouvernementele organisaties en beroepsverenigingen voor de media:
  1. De instelling van media-observatiegroepen aanmoedigen, die toezicht houden op de media en overleg plegen met de media om te verzekeren dat de behoeften en problemen van vrouwen naar behoren worden weergegeven;
  2. Vrouwen opleiden om meer gebruik te maken van informatietechnologie voor communicatie en de media, ook op internationaal niveau;
  3. Netwerken tussen niet-gouvernementele organisaties, vrouwenorganisaties en beroepsorganisaties voor de media opzetten en informatieprogramma’s voor deze organisaties ontwikkelen, teneinde de specifieke behoeften van vrouwen in de media te onderkennen en de ruimere participatie van vrouwen in de communicatie stimuleren, met name op internationaal niveau, ter ondersteuning van de Zuid-Zuid- en de Noord-Noord-dialoog tussen deze organisaties, onder andere om de mensenrechten van vrouwen en de gelijkheid van vrouwen en mannen te bevorderen;
  4. De media-industrie en instellingen voor voorlichting en mediatraining aanmoedigen om in de desbetreffende talen traditionele, inheemse en andere etnische mediavormen te stimuleren, zoals vertelkunst, toneel, poëzie en zang, die hun cultuur weerspiegelen, en deze vormen van communicatie gebruiken om informatie over ontwikkeling en sociale kwesties te verspreiden.

Strategische doelstelling J.2

Een evenwichtige, niet-stereotiepe afschildering van vrouwen in de media bevorderen

Te ondernemen actie

243. Door regeringen en internationale organisaties, voor zover verenigbaar met de vrijheid van meningsuiting:

  1. Onderzoek naar en de uitvoering van een strategie voor informatie, voorlichting en communicatie bevorderen, om te komen tot een evenwichtige afschildering van vrouwen en meisjes en de vele rollen die zij vervullen;
  2. De media en de reclamebureaus aanmoedigen om specifieke programma’s te ontwikkelen om mensen meer bewust te maken van het slotdocument;
  3. Gender-bewuste opleidingen stimuleren voor mediafunctionarissen, inclusief media-eigenaars en -managers, om de vorming en het gebruik van een niet stereotiep, evenwichtig en divers beeld van vrouwen in de media te stimuleren;
  4. De media aanmoedigen vrouwen niet te presenteren als inferieure wezens en hen niet uit te buiten als lustobjecten en handelsartikelen, maar hen veeleer voor te stellen als creatieve personen en als hoofdrolspelers die bijdragen aan het ontwikkelingsproces en aan wie dit proces ten goede komt;
  5. Het concept bevorderen dat de seksistische stereotypes die in de media worden gepresenteerd, discriminerend, vernederend en beledigend zijn;
  6. Effectieve maatregelen treffen of dergelijke maatregelen invoeren, inclusief passende wetgeving, tegen pornografie en de weergave van geweld jegens vrouwen en kinderen in de media.

244. Door de massamedia en reclame-organisaties:

  1. Voor zover verenigbaar met de vrijheid van meningsuiting, beroepscodes en gedragscodes en andere vormen van zelfregulering ontwikkelen om de weergave van niet-stereotiepe beelden van vrouwen te bevorderen;
  2. Voor zover verenigbaar met de vrijheid van meningsuiting, beroepscodes en gedragscodes opstellen die zich richten tegen gewelddadig, vernederend of pornografisch materiaal betreffende vrouwen in de media, inclusief reclame-uitingen;
  3. Een gender-perspectief ontwikkelen met betrekking tot alle aangelegenheden die van belang zijn voor gemeenschappen, consumenten en de samenleving als geheel;
  4. De participatie van vrouwen in de besluitvorming op alle medianiveaus verruimen.

245. Door de media, niet-gouvernementele organisaties en de particuliere sector, in voorkomend geval in samenwerking met nationale organen voor verbetering van de positie van de vrouw:

  1. De gelijke verdeling van gezinsverantwoordelijkheden bevorderen via mediacampagnes, waarbij de nadruk wordt gelegd op gelijkheid van beide seksen en op de niet-stereotiepe rol van vrouwen en mannen binnen het gezin, en die informatie verspreiden, gericht op uitbanning van mishandeling of misbruik van echtgenote en kinderen en alle vormen van geweld jegens vrouwen, met inbegrip van geweld in huiselijke sfeer;
  2. Mediamateriaal produceren en/of verspreiden over vrouwelijke leiders, onder andere als leiders die uiteenlopende levenservaring in hun leiderschapspositie inbrengen, met inbegrip van, maar zich niet beperkend tot hun ervaringen in het creëren van evenwicht tussen werk en gezinsverantwoordelijkheden, als moeder, als beroepsbeoefenaar, als manager en als ondernemer, om als voorbeeld te dienen, met name voor jonge vrouwen;
  3. Uitgebreide campagnes bevorderen, met gebruikmaking van openbare en particuliere voorlichtingsprogramma’s, teneinde informatie te verspreiden en de bewustwording te vergroten m.b.t. de mensenrechten van vrouwen;
  4. De ontwikkeling van alternatieve media en het gebruik van alle communicatiemiddelen voor de verspreiding van informatie aan vrouwen en omtrent vrouwen en hun problemen, ondersteunen en, waar nodig, financieren;
  5. Methoden ontwikkelen en deskundigen opleiden om mediaprogramma’s te analyseren op basis van gender.