A. Vrouwen en armoede 47. In de wereld van vandaag leven meer dan
1 miljard mensen, voornamelijk in de ontwikkelingslanden,
in onaanvaardbare armoede; daarvan bestaat de overgrote
meerderheid uit vrouwen. Armoede heeft verschillende
oorzaken, inclusief structurele. Armoede is een complex,
multidimensionaal probleem, dat is terug te voeren op
zowel nationale als internationale factoren. De
mondialisering van de economie en de sterk toenemende
onderlinge afhankelijkheid tussen landen vormen niet
alleen uitdagingen en kansen voor aanhoudende economische
groei en ontwikkeling, maar brengen ook gevaren en
onzekerheden voor de toekomst van de wereldeconomie met
zich. Het onzekere mondiale economische klimaat gaat
gepaard met economische herstructurering en, in sommige
landen, een aanhoudende onbeheersbare stijging van de
buitenlandse schuld, met daarnaast structurele
aanpassingsprogrammas. Bovendien hebben allerlei
soorten conflicten, verdrijving van mensen en
achteruitgang van het milieu het vermogen van regeringen
om te voorzien in de primaire behoeften van hun bevolking
ondergraven. De parameters van sociale ontwikkeling zijn
in alle landen ingrijpend veranderd door veranderingen in
de wereldeconomie. Een belangrijke ontwikkeling was de
steeds verder toenemende armoede onder vrouwen, waarvan
de ernst per regio verschilt. De verschillen tussen
mannen en vrouwen in economische medezeggenschap dragen
ook in belangrijke mate bij aan de armoede van vrouwen.
Migratie en alle daaruit voortvloeiende veranderingen in
de gezinsstructuur hebben een extra last op de schouders
van vrouwen gelegd, met name van vrouwen die voorzien in
het onderhoud van verschillende van hen afhankelijke
familieleden. Om in dergelijke ontwikkelingen te kunnen
ingrijpen, moet het macro-economisch beleid worden
heroverwogen en geher-formuleerd. Dit beleid richt zich
vrijwel uitsluitend op de formele sector. Het vormt ook
vaak een belemmering voor de initiatieven van vrouwen en
houdt geen rekening met het feit dat dit voor vrouwen
andere gevolgen heeft dan voor mannen. Daarom is het voor
strategieën om de armoede terug te dringen van
essentieel belang een breed scala van beleidsmaatregelen
en programmas te analyseren op basis van hun effect
voor vrouwen en mannen. Teneinde armoede uit te bannen en
duurzame ontwikkeling te bewerkstelligen moeten vrouwen
en mannen volwaardig en op voet van gelijkheid deelnemen
aan het opstellen van macro-economische en sociale
beleidsmaatregelen en strategieën. Voor de uitbanning
van armoede zijn armoedebestrijdingsprogrammas
alleen niet voldoende: dit vraagt om democratische
participatie en veranderingen in de economische
structuren, om te waarborgen dat alle vrouwen toegang
krijgen tot hulpbronnen en openbare diensten en kansen
geboden krijgen. Armoede manifesteert zich in
verschillende vormen, waaronder gebrek aan inkomsten en
aan voldoende produc-tiemiddelen om blijvend in eigen
onderhoud te voorzien, honger en ondervoeding, slechte
gezondheid, beperkte toegang of het ontbreken van toegang
tot onderwijs en ander basisvoorzieningen, toenemende
ziekte en sterfte door ziekte, geen of ontoereikende
huis-vesting, onveilige leefomstandigheden, sociale
discriminatie en uitsluiting. Armoede wordt tevens
gekenmerkt door het ontbreken van participatie in de
besluitvorming en in het maatschappelijke, sociale en
culturele leven. Armoede komt voor in alle landen - in
vele ontwikkelingslanden op massale schaal en in
ontwikkelde landen her en der te midden van de rijkdom.
De oorzaak kan liggen in economische recessie, waardoor
werkgelegenheid verloren gaat, of in rampen of
conflicten. Daarnaast heerst er armoede onder
laagbetaalden en verkeren mensen die niet kunnen
terugvallen op hun familie, sociale instellingen of één
of ander vorm van opvang in zeer behoeftige
omstandigheden.
48. In het afgelopen decennium is
de armoede onder vrouwen onevenredig veel sterker
toegenomen dan onder mannen, met name in
ontwikkelingslanden. De verbreiding van armoede onder
vrouwen is de laatste tijd ook tot een groot probleem
uitgegroeid in de landen die aan het overschakelen zijn
op een markteconomie; dit is een direct gevolg van het
politieke, economische en sociale veranderingsproces.
Andere oorzaken van dit verschijnsel zijn economische
factoren, de starheid van de maatschappelijke bepaalde
rolverdeling tussen mannen en vrouwen en de beperkte
toegang van vrouwen tot macht, onderwijs, opleiding en
productiemiddelen, alsmede andere factoren die zich
aandienen en die kunnen leiden tot onzekerheid voor het
gezin. Ook het feit dat in de economische analyse en
planning niet voldoende rekening wordt gehouden met de
positie van vrouwen en dat niet wordt gekeken naar de
structurele oorzaken van armoede draagt hieraan bij.
49. Vrouwen dragen bij aan de
economie en de bestrijding van armoede door zowel
betaalde als onbetaalde arbeid thuis, in de gemeenschap
en op de werkplek. Voor de uitbanning van armoede is
empowerment van vrouwen van essentieel belang.
50. Aangezien armoede het hele
huishouden treft, dragen vrouwen, gezien de verdeling van
taken en verantwoordelijkheden in het huishouden, een
onevenredig zware last, omdat zij moeten proberen
verbruik en productie van het huishouden te beheren onder
omstandigheden van toenemende schaarste. Armoede is met
name acuut voor vrouwen op het platteland.
51. Armoede van vrouwen hangt
direct samen met het ontbreken van economische
mogelijkheden en autonomie, het gebrek aan toegang tot
economische middelen, met inbegrip van
kredietvoorzieningen, grondbezit en erfenissen, gebrek
aan toegang tot onderwijs en ondersteunende diensten en
hun minimale participatie in het besluitvormingsproces.
Armoede kan vrouwen ook in situaties dwingen waarin zij
gemakkelijk ten prooi vallen aan seksueel misbruik.
52. In teveel landen houdt het
sociale stelsel niet voldoende rekening met de specifieke
omstandigheden van vrouwen die in armoede leven en de
neiging bestaat om de door dergelijke stelsels
gegarandeerde voorzieningen terug te schroeven. Vrouwen
lopen meer risico dan mannen om tot armoede te vervallen,
met name op gevorderde leeftijd, aangezien
sociale-zekerheidsstelsels zijn gebaseerd op het principe
van ononderbroken betaalde arbeid. In sommige gevallen
voldoen vrouwen niet aan die eis, omdat hun werk is
onderbroken door onevenwichtige verdeling van betaalde en
onbetaalde arbeid. Bovendien hebben oudere vrouwen meer
moeite met herintreden op de arbeidsmarkt.
53. In vele ontwikkelde landen,
waar vrouwen en mannen eenzelfde niveau van algemeen
onderwijs en beroepsopleiding hebben genoten en waar
systemen bestaan voor bescherming tegen discriminatie,
hebben in sommige sectoren de veranderingen van het
afgelopen decennium geleid tot een sterke toename van de
werkloosheid onder vrouwen of hun werkgelegenheid onder
druk gezet. Het percentage vrouwen onder de armen is
dientengevolge toegenomen. In landen waar veel meisjes
naar school gaan, vormen diegenen die het onderwijs het
eerst verlaten, zonder enig diploma, de meest kwetsbare
groep op de arbeidsmarkt.
54. In landen die aan het
overschakelen zijn naar een markteconomie en in andere
landen waar zich ingrijpende politieke, economische en
sociale veranderingen voltrekken, hebben deze
veranderingen vaak geleid tot vermindering van de
inkomsten van vrouwen of tot het wegvallen hiervan.
55. Met name in ontwikkelingslanden
moet de productiecapaciteit van vrouwen worden verruimd
door hun toegang te geven tot kapitaal, middelen,
krediet, grondbezit, technologie, informatie, technische
ondersteuning en opleiding, om hun inkomen op een hoger
niveau te brengen en hun voeding, onderwijs,
gezondheidszorg en hun positie binnen het huishouden te
verbeteren. De ontplooiing van productiemogelijkheden
door vrouwen is van cruciaal belang om de armoedecyclus
te doorbreken, zodat vrouwen volwaardig kunnen delen in
de voordelen van ontwikkeling en de vruchten kunnen
plukken van hun eigen arbeid.
56. Duurzame ontwikkeling en
economische groei van zowel aanhoudende als duurzame aard
zijn uitsluitend mogelijk door de economische, sociale,
politieke, culturele en juridische positie van vrouwen te
verbeteren. Rechtvaardige sociale ontwikkeling met
erkenning van het recht van de armen, en met name
vrouwen, op concrete mogelijkheden om duurzaam gebruik te
maken van milieuhulpbronnen vormt een noodzakelijke basis
voor duurzame ontwikkeling.
57. Het welslagen van beleid en
maatregelen om de bevordering van gelijkheid van mannen
en vrouwen te ondersteunen en te versterken en de positie
van vrouwen te verbeteren, dient te zijn gebaseerd op de
integratie van die gelijkstelling als streven in het
algemene beleid met betrekking tot alle sectoren van de
samenleving, alsmede de uitvoering van doelgerichte
maatregelen met adequate institutionele en financiële
steun op alle niveaus.
|