257. Door internationale
organisaties, niet-gouvernementele organisaties en
instellingen in de particuliere sector:
- Vrouwen in de
communicatiesector betrekken bij de bewustmaking
met betrekking tot milieu-aangelegenheden, in het
bijzonder omtrent de milieu- en
gezondheidseffecten van producten, technologieën
en industriële processen;
- Consumenten aanmoedigen om hun
koopkracht te gebruiken om de productie van
milieuveilige producten te bevorderen en
investeringen in milieuvriendelijke en
productieve technologieën in landbouw, visserij,
handel, industrie en technologieën aanmoedigen;
- Initiatieven van vrouwelijke
consumenten ondersteunen door de verkoop van
organisch voedsel en het opzetten van
faciliteiten voor hergebruik, productinformatie
en productetikettering, inclusief etikettering
van flessen of vaten met giftige chemische
stoffen of pesticiden in een taal en via symbolen
die begrijpelijk zijn voor consumenten, ongeacht
leeftijd en leesvaardigheid, te bevorderen.
Strategische
doelstelling K.3
Mechanismen op
nationaal, regionaal en internationaal niveau versterken
of opzetten om de effecten van ontwikkelings- en
milieubeleid op vrouwen te evalueren
Te ondernemen actie
258. Door regeringen, regionale en
internationale organisaties en niet-gouvernementele
organisaties, al naar gelang:
- Technische ondersteuning
bieden aan vrouwen, met name in
ontwikkelingslanden, in de landbouw, visserij,
kleine ondernemingen, handel en industrie, om de
aanhoudende bevordering van de ontwikkeling van
het menselijk potentieel en de ontwikkeling van
milieuvriendelijke technologieën, alsmede het
vrouwelijk ondernemerschap, te waarborgen;
- Gender-specifieke
gegevensbestanden, informatie- en
monitoringsystemen en participatief actiegericht
onderzoek, methodologieën en beleidsanalyses
ontwikkelen, met medewerking van academische
instellingen en lokale vrouwelijke onderzoekers,
op de volgende gebieden:
(i) Kennis en ervaring van
vrouwen betreffende beheer en behoud van natuurlijke
hulpbronnen die dienen te worden opgenomen in de
gegevensbestanden en informatiesystemen voor duurzame
ontwikkeling;
(ii) Het effect van de
achteruitgang van het milieu en natuurlijke
hulpbronnen op vrouwen door onder andere
niet-duurzame productie- en consumptiepatronen,
droogte, slechte waterkwaliteit, de stijging van de
temperatuur van de aarde, woestijnvorming, stijging
van de zeespiegel, gevaarlijk afval, natuurrampen,
giftige chemische stoffen en reststoffen van
pesticiden, radioactief afval, gewapende conflicten
en de gevolgen hiervan;
(iii) Analyse van de
structurele verbanden tussen gender-specifieke
relaties, milieu en ontwikkeling, met bijzondere
nadruk op specifieke sectoren, zoals landbouw,
industrie, visserij, bosbouw, milieuhygiëne,
biologische diversiteit, klimaat, watervoorraden en
waterzuivering;
(iv) Maatregelen om
milieutechnische, economische, culturele, sociale en
gender-specifieke analyses te ontwikkelen en als
essentiële stap op te nemen in de ontwikkeling en
monitoring van programmas en
beleidsmaatregelen;
(v) Programmas om
opleidings-, onderzoeks- en financieringscentra op
het platteland en in de steden op te zetten, die
vrouwen informeren omtrent milieuvriendelijke
technologieën;
- De volledige naleving van
relevante internationale verplichtingen
waarborgen, inclusief, waar toepasselijk, het
Verdrag van Bazel en andere verdragen betreffende
grensoverschrijdend vervoer van gevaarlijke
afvalstoffen, inclusief giftige afvalstoffen, en
de Code of Practice van het Internationale
Organisatie voor Atoomenergie (IAEA) betreffende
het vervoer van radioactief afval; voorschriften
voor milieuvriendelijk beheer met betrekking tot
veilige opslag en verkeer invoeren en handhaven;
overwegen maatregelen te treffen om te komen tot
het verbod van vervoer van deze stoffen dat
onveilig is; strikte beheersing en beheer van
gevaarlijke afvalstoffen en radioactief afval
verzekeren, in overeenstemming met relevante
internationale en regionale verplichtingen en een
einde maken aan de uitvoer van dergelijke
afvalstoffen naar landen die, individueel of via
internationale overeenkomsten, de invoer hiervan
verboden hebben;
- De coördinatie binnen en
tussen instellingen om het slotdocu-ment en
hoofdstuk 24 van Agenda 21 uit te voeren,
bevorderen, door onder andere de Commissie voor
duurzame ontwikkeling via de Economische en
Sociale Raad te verzoeken te rade te gaan bij de
Commissie inzake de status van de vrouw bij de
toetsing van de uitvoering van Agenda 21 met
betrekking tot vrouwen en het milieu.
|