Strategische
doelstelling D.1 Geïntegreerde maatregelen
treffen om geweld jegens vrouwen te voorkomen en uit te
bannen
Te ondernemen actie
124. Door regeringen:
- Geweld jegens vrouwen
veroordelen en zich niet beroepen op gebruiken,
traditie of godsdienstige overwegingen om zich te
onttrekken aan hun verplichtingen met betrekking
tot de uitbanning hiervan, zoals vervat in de
Verklaring inzake de uitbanning van geweld jegens
vrouwen.
- Zich onthouden van geweld
jegens vrouwen en gepaste waakzaamheid betrachten
om gewelddaden jegens vrouwen te voorkomen, te
onderzoeken en, in overeenstemming met de
nationale wetgeving, te bestraffen, ongeacht of
deze daden worden gepleegd door de staat of door
particuliere personen;
- Strafrechtelijke,
civielrechtelijke, arbeidsrechtelijke en
administratieve sancties in de nationale
wetgeving invoeren en/of verzwaren, teneinde het
onrecht dat vrouwen en meisjes is aangedaan die
aan één of andere vorm van geweld zijn
onderworpen, thuis, op de werkplek, in de
gemeenschap of de maatschappij, te bestraffen en
te ondervangen;
- Wetgeving aannemen en/of
uitvoeren en met geregelde tussenpozen toetsen en
analyseren om de effectiviteit hiervan ten
aanzien van de uitbanning van geweld jegens
vrouwen te waarborgen, met nadruk op de
voorkoming van geweld en de vervolging van de
plegers hiervan; maatregelen treffen om aan
geweld onderworpen vrouwen te beschermen en hun
toegang te geven tot rechtvaardige en
doeltreffende tegenmaatregelen, met inbegrip van
compensatie en schadeloosstelling en
geneeskundige behandeling van slachtoffers en de
reclassering van daders;
- Actief werken aan de
bekrachtiging en/of uitvoering van internationale
normen en mensenrechteninstrumenten, voor zover
deze verband houden met geweld jegens vrouwen,
met inbegrip van die welke zijn vervat in de
Universele Verklaring van de rechten van de mens,
[21],
het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten
en politieke rechten, [13], het
Internationaal Verdrag inzake economische sociale
en culturele rechten [13] en het
Verdrag tegen foltering en andere wrede,
onmenselijke of vernederende behandeling of
bestraffing; [22]
- Het Verdrag inzake de
uitbanning van alle vormen van discriminatie van
vrouwen uitvoeren, rekening houdende met Algemene
aanbeveling nr. 19, aangenomen door de Commissie
inzake de uitbanning van discriminatie van
vrouwen, tijdens haar 11e zitting; [23]
- Een actief en zichtbaar beleid
bevorderen gericht op mainstreaming van een
gender-perspectief in alle beleidsmaatregelen en
programmas die verband houden met geweld
jegens vrouwen; maatregelen en programmas,
gericht op verruiming van kennis en begrip van de
oorzaken, gevolgen en mechanismen van geweld
jegens vrouwen actief bevorderen, ondersteunen en
uitvoeren onder hen die verantwoordelijk zijn
voor de uitvoering van dergelijke
beleidsmaatregelen, zoals functionarissen belast
met de rechtshandhaving, de politie en juridisch,
medisch en sociaal personeel, alsook diegenen die
zich bezighouden met minderheids-, migratie- en
vluchtelingenvraag-stukken, en strategieën
ontwikkelen om te verzekeren dat vrouwelijke
slachtoffers van geweld niet opnieuw slachtoffer
worden ten gevolge van wetten die geen rekening
houden met de verschillen tussen seksen, dan wel
ten gevolge van de justitiële of
handhavingspraktijk;
- Vrouwen die hebben te kampen
met geweld toegang geven tot gerechtelijke
procedures en, conform de nationale wetgeving,
tot rechtvaardige en doeltreffende
tegenmaatregelen voor het leed dat hun is
aangedaan, en vrouwen op de hoogte stellen van
hun rechten om te streven naar genoegdoening via
dergelijke procedures;
- Wetgeving opstellen en
uitvoeren tegen de plegers van daden van geweld
tegen vrouwen, zoals verminking van het
vrouwelijk geslachtsorgaan, doding van
meisjesbabys, geslachtskeuze voor de
geboorte en geweld in samenhang met de
bruidsschat, en de inspanningen van
niet-gouvernementele en maatschappelijke
organisaties ter bestrijding van dergelijke
praktijken, krachtig steunen.
- Op alle passende niveaus
actieplannen opstellen en uitvoeren om geweld
tegen vrouwen uit te bannen.
- Alle passende maatregelen
nemen, met name op het gebied van onderwijs, om
het sociale en culturele gedragspatroon van
mannen en vrouwen te veranderen en vooroordelen,
gebruiken en alle andere praktijken die zijn
gebaseerd op vermeende minderwaardigheid of
meerderwaardigheid van één van beide seksen en
op stereotypering van de rol van mannen en
vrouwen, uit te bannen;
- Institutionele mechanismen tot
stand brengen en versterken, zodat vrouwen en
meisjes gewelddaden jegens henzelf kunnen melden
in een veilig en vertrouwelijk klimaat, zonder
vrees voor straf en vergelding, en een aanklacht
kunnen indienen;
- Verzekeren dat vrouwen met een
handicap toegang hebben tot informatie en
diensten op het gebied van geweld tegen vrouwen;
- De opleidingsprogrammas
voor personeel in de justitiële, juridische,
medische, sociale en onderwijssector,
politiefunctio-narissen en migrantenwerkers
opzetten, verbeteren of ontwikkelen, al naar
gelang, en financieren, ter voorkoming van
machtsmisbruik dat leidt tot geweld jegens
vrouwen en teneinde dergelijk personeel bewust te
maken van de aard van daden van geweld en
dreiging met geweld op basis van gender, zodat
een eerlijke behandeling van vrouwelijke
slachtoffers kan worden gewaarborgd.
- Waar nodig, wetten aannemen en
bestaande wetten aanscherpen die
politiefunctionarissen, veiligheidsbeambten of
andere ambtenaren bestraffen die zich in de
uitoefening van hun functie inlaten met
gewelddaden jegens vrouwen; bestaande wetgeving
toetsen en doeltreffende maatregelen nemen tegen
de plegers van dergelijk geweld;
- Binnen de overheidsbegroting
toereikende middelen toekennen en middelen vanuit
de gemeenschap mobiliseren ten behoeve van
activiteiten die verband houden met de uitbanning
van geweld jegens vrouwen, met inbegrip van
middelen voor de uitvoering van actieplannen op
alle passende niveaus;
- In rapporten die worden
ingediend in overeenstemming met de bepalingen
van de relevante mensenrechteninstrumenten van de
Verenigde Naties informatie opnemen met
betrekking tot geweld jegens vrouwen en met
betrekking tot maatregelen die worden getroffen
om uitvoering te geven aan de Verklaring inzake
de uitbanning van geweld jegens vrouwen;
- Samenwerken met en assistentie
verlenen aan de Speciale Rapporteur van de
Commissie voor de rechten van de mens op het
gebied van geweld jegens vrouwen bij de
uitoefening van haar mandaat, en alle verlangde
informatie verstrekken; tevens samenwerken met
andere bevoegde organisaties, zoals de Speciale
Rapporteur van de Commissie voor de rechten van
de mens op het gebied van marteling en de
Speciale Rapporteur van de Commissie voor de
rechten van de mens op het gebied van
standrechtelijke, niet-justitiële en
willekeurige executies, in samenhang met geweld
jegens vrouwen;
- Aanbevelen dat de Commissie
voor de rechten van de mens het mandaat van de
Speciale Rapporteur inzake geweld jegens vrouwen
verlengt, wanneer haar ambtstermijn in 1997
afloopt, en dat zij, indien die verlenging wordt
gewaarborgd, dit mandaat actualiseert en
versterkt.
125. Door regeringen, met inbegrip
van lokale besturen, organisaties binnen de samenleving,
niet-gouvernementele organisaties, onderwijsinstellingen,
de openbare en particuliere sector, en in het bijzonder
het bedrijfsleven, en de massamedia, al naar gelang:
- Goede financiële steun
verlenen ten behoeve van onderdak en opvang voor
meisjes en vrouwen die slachtoffer worden van
geweld, zorgen voor medische, psychologische en
andere ondersteuning en gratis of betaalbare
rechtsbijstand, indien nodig, en passende
ondersteuning bieden om hen in staat te stellen
middelen van bestaan te vinden;
- Qua taal en cultuur
toegankelijke diensten opzetten voor vrouwelijke
migranten en meisjes, met inbegrip van
vrouwelijke migrerende werknemers, die het
slachtoffer zijn van geweld op basis van sekse;
- De kwetsbaarheid voor geweld
en andere vormen van misbruik van vrouwelijke
migranten onderkennen, ook van vrouwelijke
migrerende werknemers, wier rechtspositie in het
ontvangende land afhangt van werkgevers, die
misbruik kunnen maken van hun omstandigheden;
- Ondersteuning bieden aan
initiatieven van vrouwenorganisaties en
niet-gouvernementele organisaties overal ter
wereld om de bewustwording ten aanzien van geweld
jegens vrouwen te vergroten en bij te dragen aan
de uitbanning hiervan;
- Educatie- en vormingscampagnes
binnen de gemeenschap organiseren, ondersteunen
en financieren om mensen beter bewust te maken
van geweld jegens vrouwen, als schending van
mensenrechten, door lokale gemeenschappen te
mobiliseren om passende gender-bewuste
traditionele en innoverende methoden voor
conflictoplossing te hanteren;
- De fundamentele rol van
bemiddelingsinstellingen, zoals centra voor
primaire gezondheidszorg, centra voor
gezinsplanning, bestaande
schoolgezondheidsdiensten, consultatiebureaus
voor moeder en kind, centra voor migrerende
gezinnen enz. erkennen, ondersteunen en
bevorderen met betrekking tot voorlichting en
educatie over misbruik;
- Informatiecampagnes en
educatie- en vormingsprogrammas organiseren
en financieren, teneinde meisjes en jongens,
vrouwen en mannen bewust te maken van de
persoonlijke en maatschappelijke nadelige
gevolgen van geweld in het gezin, de gemeenschap
en de samenleving als geheel; hen leren te
communiceren zonder gebruik van geweld, en
opleidingen voor slachtoffers en potentiële
slachtoffers bevorderen, zodat zij zichzelf en
anderen tegen dergelijk geweld kunnen beschermen;
- Informatie verspreiden over de
hulp die beschikbaar is voor vrouwen en gezinnen
die het slachtoffer zijn van geweld;
- Opvang- en
reclasseringsprogrammas voor de plegers van
geweld opzetten, financieren en stimuleren, en
onderzoek bevorderen met betrekking tot
verdergaande inspanningen gericht op dergelijke
opvang en reclassering, teneinde herhaling van
dergelijk geweld te voorkomen;
- Het verantwoordelijkheidsbesef
van de media voor de verbreiding van
niet-stereotiepe beelden van vrouwen en mannen en
het achterwege laten van vormen van presentatie
die leiden tot geweld vergroten, en hen die
verantwoordelijk zijn voor de inhoud van de media
aanmoedigen om professionele richtlijnen en
gedragscodes op te stellen; tevens zorgen voor
bewustmaking m.b.t. de belangrijke rol van de
media bij het informeren en voorlichten van
mensen omtrent de oorzaken en de gevolgen van
geweld jegens vrouwen en bij het stimuleren van
de maatschappelijke discussie over dit onderwerp.
|